Bij het aanschaffen van een hond moet je op bepaalde eigenschappen en karaktertrekken letten om te kijken welk ras er bij jou past. Ook de reden waarom je een huisdier binnen haalt speelt een grote rol. Wil je een waakhond die je terrein in het oog houdt, ben je op zoek naar een speelkameraadje voor de kinderen of ben je van plan om samen lange wandelingen in het bos te maken? Elke ras heeft verschillende noden, net als baasjes en het is de kunst om deze in één lijn te brengen zodat iedereen er gelukkig van wordt.

Dat de Leonberger doet denken aan een leeuw is geen toevalligheid. Het wapenschild van Leonberg, een stad in het Zuiden van Duitsland, droeg een leeuw. Men wilde, aan het eind van de jaren 30, een hond fokken die leek op de leeuw in het wapenschild. Een Newfoundlander teef werd gekruist met een Sint Bernards hond, hun nakomelingen werden nog eens gekruist met een Pyrenese Berghond en de Leonberger was een feit.

In 1846 werd de eerste Leonberger geboren en zag er precies zo uit als we hem nu kennen. Een reusachtige hond met alle goede kenmerken van de oorspronkelijke rassen. Al gauw werd de Leonberger het pronkstuk van de stad en verspreidde het ras zich over de rest van de wereld.

De Leonberger is met zijn schofthoogte van ongeveer 80 cm een imposante verschijning. De reutjes die wel tot 75 kg kunnen wegen zijn, zoals alle rassen, groter dan hun vrouwelijke soortgenoten. Deze halen een schofthoogte van om en bij de 70 cm en kunnen wel 60 kg wegen. Ondanks hun grootte, de sterke spieren en hun gebalanceerde lichaamsbouw zijn ze elegant en statig tegelijk. Hun lange vacht geeft hen een leeuwachtige en bijna koninklijke uitstraling.

De haren kunnen zacht zijn maar ook stug en lang. Onder de bovenste vacht zit een dikke laag wol verscholen maar dit neemt niet weg dat de omlijning van zijn lichaam overduidelijk opvalt. De reuen, meer dan de teven, hebben een prachtige kraag die doet denken aan de manen van een leeuw. De staart en de voor- en achterpoten zijn pluizig behaard. De kleur van de vacht kan variëren van rood/roodbruin tot geel of zandkleurig. Het masker is altijd zwart.

Om te voldoen aan de rasstandaard mogen de haarpunten wel zwart gekleurd zijn maar egaal zwart is niet toegelaten. Ook voor de poten en de staart geldt dat sommige plaatsen lichter van kleur mogen zijn en kleine witte vlekken of een lijn ter hoogte van de borst of witte haren op de tenen zijn nog steeds binnen de norm.

Om een Leonberger gelukkig te maken heb je vier dingen nodig: tijd, ruimte, geduld en heel veel liefde. Deze heerlijke knuffelaars zijn ontzettend aanhankelijk en voelen zich het best als ze samen met de familie zijn. Een grote tuin is nodig omdat deze reuzen veel beweging nodig hebben om hun energie kwijt te raken en gezond te blijven. Wandelen is één van hun favoriete bezigheden en zijn er als de kippen bij wanneer hun lijn tevoorschijn komt. Het zijn ook prima zwemmers en moeilijk uit het water te houden wanneer een vijver opduikt tijdens zijn wandelingen.

Op het eerste gezicht zou je het hen niet nageven maar hoe actiever het baasje is, hoe gelukkiger de hond, vooral wanneer baasje hem in zijn activiteiten betrekt. Lijn hem aan wanneer je gaat joggen en de kans is groot dat hij gelukkiger is dan jij zelf. Wel moet je in acht nemen dat een pup, die nog zoveel moet groeien, de kans moet krijgen om rustig alle botten, pezen en spieren te ontwikkelen zonder dat ze overbelast worden.

Het verzorgen van zijn vacht neemt wel wat tijd in beslag. De lange haren hebben een dagelijkse borstelbeurt nodig en, omdat hij zo actief is, leer je hem het beste van pup af aan om rustig te blijven liggen of zitten als hij de borstel ziet. Net omdat het borstelen een tijd duurt is het belangrijk dat hij op dat vlak geduld aangeleerd wordt. Indien je dat niet doet ga je het sowieso van hem verliezen want een beest van die omvang, die liever wil spelen dan geborsteld worden, daar haal je het niet van.

Net als alle grote rassen kunnen ze op latere leeftijd last krijgen van elleboog- en heupdysplasie. Maar wanneer de Leonberger een uitgebalanceerde voeding krijgt met daarbij een aantal voedingssupplementen die het bot ondersteunen, je zijn vacht goed verzorgt en hem de kans geeft om zijn fysieke toestand te onderhouden zal deze harige gabber voor lange tijd je beste vriend zijn.

Van nature uit zijn Leonbergers kalme en bezadigde metgezellen die zich gelukkig voelen wanneer ze voldoende beweging en ruimte hebben. Ze zijn ontzettend slim maar ook heel gevoelig. Roepen en brullen naar een Leonberger is helemaal not done, het maakt hen angstig en helemaal van streek. Ze leren makkelijk nieuwe commando’s aan en zijn super trouw naar heel het gezin waarin ze opgroeien.

Andere honden van het gezien of huisdieren die niet behoren tot de dog-achtigen zijn voor hen geen enkel probleem. Ook met kinderen kunnen ze goed opschieten en vooral wanneer ze op een correcte manier kennis konden maken met elkaar. Het spreekt voor zich dat kleine kinderen en grote honden als de Leonberger beter niet alleen achtergelaten worden want door zijn omvang zou hij ongewild het kind kunnen pijn doen.

Ze hebben een standvastige aanpak nodig bij het opvoeden maar op een zachte manier. Omdat het echte waakhonden zijn hebben ze al snel door wanneer iemand te vertrouwen is of niet. Dwing je hond dan ook vooral niet om zijn instinct te negeren en verplicht hem zeker niet tot vriendelijk aaien wanneer hij zelf aangeeft dat hij iemand niet mag. Bijten of aanvallen zal de Leonberger nooit doen maar hij zal degene die hij niet vertrouwt niet uit het oog verliezen zodat hij zeker is dat jij veilig bent. Ook hun jachtinstinct is door de jaren heen niet afgenomen en zijn neus is onfeilbaar als het gaat om spoorzoeken.

Laat een Leonberger ook nooit te lang alleen, sluit hem niet op in een buitenhok of bench want daar wordt hij alleen maar doodongelukkig van. Buitensporig gedrag komt heel zelden voor bij dit ras en mocht het gebeuren dat hij zich niet gedraagt zoals het hoort zat er hoogstwaarschijnlijk een gaatje in zijn opvoeding.