De Franse Bulldog is een grappige hond om te zien. Door zijn rechtopstaande oren en platte neus komt hij vaak komisch over en brengt hij mensen aan het lachen. Naast een vrolijk uiterlijk heeft hij ook nog eens een vrolijk karakter.

Hoe de Franse Bulldog precies is ontstaan, is niet met zekerheid te zeggen. De kans is groot dat de Engelse Bulldog een rol heeft gespeeld bij het ontstaan van zijn Franse broertje, maar dat is slechts giswerk. Er zijn namelijk verschillende verhalen over de oorsprong van het ras.

Zijn oorsprong ligt waarschijnlijk in de 19e eeuw. Rond 1820 werden hondengevechten minder populair – dat waar bulldoggen voor werden gefokt. De bulldog werd vervolgens nog enkel maar als huishond gehouden en daar was hij toch wel een beetje te groot voor. Dus ging men kruisen met kleinere rassen, waarschijnlijk terriërs. Er ontstond een kleinere, gespierde hond die wat geschikter was voor het leven in kleine arbeidershuizen.

De honden werden in de eerste instantie toy-bulldogs genoemd en hadden hangende oren. Ze werden eerst vooral in Nottingham gefokt, maar toen de industrialisatie op gang kwam en arbeiders in fabrieken hun werk ergens anders moesten gaan zoeken, verhuisden de honden mee. Ze vestigden zich in Noord-Frankrijk, rond Calais. Uiteraard namen ze hun honden daar mee naartoe.

Er werd verder gekruisd met de honden, vooral met terriërs. Daardoor kregen de honden rechtopstaande oren. Deze honden werden weer populair in Engeland en al vrij snel werden ze daar de Franse Bulldog genoemd. Het werd ook een erkend ras.

Er is ook een verhaal dat het grappige uiterlijk van de hondjes die mee werden genomen naar Frankrijk verantwoordelijk zijn voor hun populariteit. Dit komt vooral door hun rechtopstaande vleermuisoren. Er werd toen zorgvuldig doorgefokt, vermoedelijk met mopshonden en de Belgische Griffon. Daaruit ontstond de basis van de Franse Bulldog van nu. De introductie van de Franse Bulldog in Parijs betekende een gigantische groei voor het ras en zijn populariteit.

De Franse Bulldog heeft misschien een wat warrige afkomst, maar het is Parijs geweest waar hij in het begin van de 20ste eeuw won aan populariteit. Volgens de verhalen komt dit vooral door de “gewone” man. Er waren veel slagers die de eerste Franse Bulldoggen fokten. Al snel sloeg de populariteit door naar koetsiers, schoenmakers, groentemannen en politieagenten. Mensen verzamelden zich zelfs op terrassen om de mooiste hondjes te bekijken. Er werd advies uitgewisseld en het fokken van de mooiste pup werd een wedstrijd. De Franse Bulldog werd de populairste hond bij de arbeidersklasse.

Het uiterlijk van de Franse Bulldog is opvallend en met bijna geen enkel ander ras te verwarren. Het is een klein hondje, met een opmerkelijke gang en een bijzondere aard. Hij heeft een platte snuit en vleermuisoren. De Franse Bulldog is kort en gedrongen en heeft een van nature korte staart. Het zijn actieve, slimme en zeer gespierde hondjes.
Om het ras zo gezond en kenmerkend mogelijk te houden, houdt de fokvereniging zich aan een strenge rasstandaard. Zo moet het hoofd krachtig, breed en vierkant zijn en mag er niets worden overdreven. Het schedel is van oor tot oor bijna plat en de wenkbrauwen springen naar voren. Er zit een groef tussen de ogen, die zich niet mag voortzetten op het voorhoofd. De achterkant van het schedel is niet erg ontwikkeld.

Daarnaast heeft de Franse Bulldog een karakteristieke platte snuit met een wipneus. De neusgaten liggen wat naar achteren. Omdat de neus kort is kunnen er ademhalingsproblemen ontstaan, dit is niet toegestaan. Een Franse Bulldog moet altijd normaal kunnen ademen. Het hondje heeft brede en sterke kaken, met een onderbeet. Ze hebben een gladde, glanzende vacht zonder ondervacht. Kleuren die zijn toegestaan zijn fawn (gestroomd of niet) en ze mogen vlekken hebben. Reuen zijn tussen de 27 en 35 centimeter groot en teven tussen de 24 en 32 centimeter.

Er zijn ook veel uiterlijke kenmerken niet toegestaan. Zo mag de tong niet zichtbaar zijn als de mond gesloten is, is een tanggebit niet gewenst en mag de neus niet overdreven kort of lang zijn.

Door zijn korte vacht hoef je een Franse Bulldog niet dagelijks te borstelen. Als hij in de rui is zul je hem wat vaker moeten borstelen, maar dat was het dan ook. De Franse Bulldog heeft wel plooien op zijn snuit, die je goed schoon moet houden. Anders komen er bacteriën in en dat kan tot infecties leiden. Ook de oren vereisen wat extra aandacht, omdat ze rechtop staan kan er wat vuil inkomen. Controleer ze daarom regelmatig en maak ze schoon waar nodig. Doe niet nooit met een wattenstaafje, maar met een tissue.

De Franse Bulldog is een vasthoudend hondje. Ze zijn stoer en zo lopen ze ook, alsof er niet met ze te sollen is. Ze hebben een clownachtig voorkomen, maar zijn erg volhardend als ze iets op het oog hebben. De Franse Bulldog is wel erg gevoelig, als je je stem verheft kunnen ze daar heftig op reageren. Het is een hond die snel beledigd is, maar hij is ook snel weer gewoon vrolijk. Het is een hond die graag alle aandacht krijgt.

Het zijn ook zeer levendige, aanhankelijke huishonden. Franse Bulldoggen gaan goed met kinderen en zijn erg trouw. Daarnaast zijn ze heel erg slim, wat de opvoeding een stuk makkelijker maakt. Ze zijn wel dominant tegenover andere honden, dus enige voorzichtigheid is geboden. Maar in het algemeen kunnen Franse Bulldoggen goed met andere dieren overweg.

Laat de Franse Bulldog nooit lang alleen, want dat vindt hij niet fijn. Ze zijn graag overal bij en willen het liefst overal mee naartoe. Ze kunnen daardoor wat dominant overkomen, maar ze zijn enkel maar enthousiast. Het is wel belangrijk dat je je Bulldog al jong socialiseert, dan kan hij later goed met andere honden overweg.